music

Picture
De Gitaar 
De gitaar is een snaarinstrument, je kunt er leuke muziek mee maken. Door met je vingers over de snaren te gaan. En met je andere hand accoorden of noten te maken. Doordat je met je vingers aan de snaren "trekt" noemt men het ook wel een tokkelinstrument.
 
geschiedenis
De gitaar is al heel oud en altijd een erg populair instrument geweest. Door de Arabieren is de gitaar naar Spanje gebracht en in de 14de eeuw was de gitaar in heel Europa bekend. Eerst was het een instrument met 4 of 5 dubbelsnaren.

De klassieke gitaar of wel de spaanse gitaar is door Antonio de Torres bedacht. Dit was de zogenaamde TORRES GITAAR . Hij leefde van 1817 tot 1892 in de 19de eeuw.  

In de 18de eeuw kwam de eenvoudige gitaar met 6 snaren. Zoals we die nu nog kennen. Deze gitaar wordt nog steeds gemaakt


snaren
Op de gitaar zitten 6 snaren. Deze 6 snaren hebben elk een eigen klank, E B G D A E. Dit zijn de losse snaren. Om te onthouden waar welke snaar zit is er een ezelsbruggetje. Een Boer Geeft De Aap Eten.  

Je kan losse noten aanslaan, maar als je je vingers erop zet krijg je andere noten. Met meerdere vingers op meerdere snaren meerdere noten maken, kun je groepsnoten maken. Deze groepsnoten noemt men accoorden.  Om je vingers op de goede plek van een noot te zetten hebben ze op de hals stukjes ijzer gezet. Deze ijzertjes noemen ze fretten. Daarmee kan je makkelijk de noten vinden. Bij een viool en een bas heb je geen fretten en moet goed luisteren of je de noten goed hebt. En dat is veel moeilijker. Vroeger waren de snaren meestal van kattendarm gemaakt. Nu zijn ze van nylon of staal.  Nylon snaren zijn meestal goedkoper en slijten minder snel. Ook het geluid van stalen snaren en nylon snaren is verschillend. Bij traditionele gitaren waren de snaren met schroeven bevestigd. Bij moderne gitaren zijn de snaren in een tandwieltje gedaan en dat moet je opdraaien.

Om het geluid van alle snaren hoger te maken, moet je de snaren "verkorten". Hiervoor gebruik je een "CAPODASTRO" . (Laten zien)  

De snaren kun je bespelen met je vingers, maar het kan ook met een plectrum. Dit is een plastic of metalen plaatje waarmee je heel goed één snaar kunt aanslaan. Het geeft ook een ander geluid als met je vinger. (Laten horen)

klankkast
Om uit te leggen hoe een klankkast van een gitaar werkt, moet je je voorstellen dat je in een grote kamer staat, en “HALLO” roept. Dan galmt het door de hele kamer rond. Dat heet AKOESTIEK.  

Omdat de gitaar ook galmt noem je de gitaar ook wel een akoestisch instrument. Doordat je aan de snaar trekt gaan de snaren trillen en gaat de lucht in de klankkast ook bewegen, door deze beweging en trilling ontstaat het geluid. De kast versterkt het geluid en daardoor noem je de klankkast ook wel de versterker.  

Er zijn ook elektrische gitaren. Deze hebben geen klankkast en zijn dus niet zo dik als een akoestische gitaar. Het geluid wordt dan ook niet versterkt door die klankkast, maar zij hebben een elektrische versterker nodig om geluid te maken. En een luidspreker.